Wie zich grondig documenteert over het aanleggen van een zwembad, zal snel merken dat een eenvoudige keuze niet bestaat. Het aanbod is groot, de variatie in prijzen is dat ook. Zwembadenplus neemt je mee op een tocht door zwembadland.
‘Waarvoor zal ik mijn zwembad gebruiken?’ Dat zou je eerste vraag moeten zijn bij de aanschaf van een zwembad. Niet goed bezig overigens als jouw antwoord daarop simpelweg zou zijn: ‘Om in te zwemmen, tiens!’. De aanschaf en plaatsing van een zwembad moeten immers weloverwogen gebeuren. Misschien hoef je wel geen overloopbad als je alleen baantjes wil trekken. En heb je geen gemetste of gegoten betonnen constructie nodig als je bad alleen moet dienen voor het waterplezier van de kinderen.
Onderhoud
Houd er meteen ook rekening mee dat een zwembad onderhoud vraagt. Soms heel weinig, soms heel veel. Ben je een bezige bij dan kan je bv. beslissen om de chlooren pH-dosering zelf te doen. Misschien ben je dan ook bereid om het bad manueel te stofzuigen, daar waar anderen het vuile werk liever aan een daartoe geschikte robot overlaten. En of het nu gaat om een overkapping dan wel om een rolluik: beiden houden ze veel vuil uit het water, maar zelf hebben ze af en toe ook een grondige poetsbeurt nodig. Denk bij de aanschaf van een monoblok of een bouwkundig bad ook aan de opgroeiende jeugd. Een halve straat kinderen zal in jouw tuin verzamelen blazen eens jij en je gezin over een zwembad beschikken. Maar als ze groter zijn blijven die kinderen niet. Het zwembad wel. Ook als jij zelf niét graag zwemt. Misschien ware de aanschaf van een (houten) opzetbad of een opblaasvariant dan wel een betere keuze geweest. Realiseer je ook goed dat kinderen de potentiële gevaren van een zwembad niet zo goed kunnen inschatten als een volwassene. Elders in dit nummer vind je daarover een uitgebreide bijlage.
Welke aannemer?
Tenzij je door goede referenties 100% zeker bent van je keuze voor een zwembadbouwer, is het ook best dat je te rade gaat bij meerdere constructeurs. Niet zozeer om hen die laatste euro toch maar af te pingelen, wél om een beter inzicht te krijgen in het soort bad dat het best bij jou past en met welke aannemer het het beste klikt. Vraag hen ook steeds referentie-adressen die je kan bezoeken zonder de aanwezigheid van de zwembadbouwer in kwestie. Wie ernstig bezig is met zijn vak zal je er makkelijk een handvol kunnen geven.
Besluiten we dit ‘opgeheven vinger’-stukje met nog één extra, maar wel een gouden tip. Zorg ervoor dat je één aanspreekpunt hebt bij de bouw van je zwembad. Een dat bovendien voor alles verantwoordelijk is. Gaat het dan toch mis, dan kan niemand zich verschuilen achter de fout van een ander. ‘Mijn kameraden graven of metsen wel’: natuurlijk, mijnheer, en met veel overgave. Mannen weten waarom. Maar als er achteraf dan toch een lek blijkt te zijn, dan heb je de poppen aan het dansen. Gun je aannemer die paar euro’s extra en slaap zelf op je beide oren.
In België zijn bouwkundige zwembaden waarschijnlijk de meest voorkomende.
Bovengrondse zwembaden
Het in België meest gekende merk van grote opblaasbaden is, naast bv. Zodiac, Intex, Je vult de bovenste band met lucht en dan begin je het te vullen met water. Als het bad oorspronkelijk gelijkmatig is uitgelegd, richten de wanden zich mooi op zodat je een prachtig rond, zelfdragend zwembad krijgt. Deze baden zijn tegenwoordig goed uitgerust en accessoires als een zandfilter zijn gemeengoed geworden. Vraag je wel af of je het ziet zitten zelf de kwaliteit van het water te controleren en het bad jaarlijks op te bouwen en weer op te bergen. Wil je dat goed doen, dan ben je telkens toch wel enkele uren zoet. Anderzijds is het zo dat als je deze baden goed onderhoudt, ze gemakkelijk meerdere zomers meegaan. Dat geldt meer nog voor de opzetbaden opnieuw van bv. Intex. Deze producent levert een stevig metalen buizenframe waarrond dan PVC-wanden worden gehangen. Deze zwembaden worden geacht flink wat jaren mee te gaan en wie er zorg voor draagt heeft er ontegensprekelijk veel plezier van.
Houten zwembaden
Houten zwembaden zijn duidelijk gemaakt om lang mee te gaan en bevinden zich dan ook in een hogere prijsklasse dan de reeds besproken baden. Een producent als Gardipool biedt je de keuze uit tal van modellen die ofwel bovengronds kunnen staan dan wel half of heel ingegraven. De wanden bestaan uit tropisch hardhout of uit behandelde den en de plaatsing ervan gebeurt op een betonnen bodem of op een ondergrond van gestabiliseerd zand. Handige mensen kunnen dit soort baden zelf bouwen, maar diegenen die gezegend zijn met twee linkerhanden kunnen vanzelfsprekend een beroep doen op professionals. Een groot voordeel ten opzichte van de bovengrondse zwembaden is dat een houten zwembad ’s winters gewoon buiten kan blijven staan. Met afmetingen die oplopen tot ongeveer 9 m bij 4 m zijn dit al flink uit de kluiten gewassen zwembaden. Ze beschikken over een heuse technische installatie en ook opties als een ledverlichting met afstandsbediening zijn geen uitzondering meer. Dit jaar nog brengt Gardipool overigens een houten overloopbad op de markt.
Monobloks
Jaarlijks worden er flink wat monoblokbaden geplaatst. Ze hebben allemaal 2 dingen gemeen: de wanden zijn heerlijk glad en de plaatstingstermijn bedraagt om en bij de 5 dagen. Op maandag graven en op zaterdag zwemmen. In tegenstelling tot wat vaak wordt aangenomen, zijn monobloks niet noodzakelijk goedkoper dan bouwkundige baden. Een tiptop uitgeruste monoblok zit op een vergelijkbaar prijsniveau als dat van zijn bouwkundige tegenhangers. België kent nogal wat fabrikanten van dit soort baden. Op het risico af er eentje te vergeten gaat het om LPW, Flexipool, Zeydon Epoxy Pools en Starline. Dat laatste is een Nederlandse onderneming waarvan de productievestiging gelegen is in het Limburgse Overpelt. De meeste monoblokbaden zijn samengesteld uit verschillende lagen kunststof, waarvan de samenstelling en de materialen verschillen van producent tot producent. Vooral op het vlak van productkwaliteit zijn er grote sprongen voorwaarts gemaakt. Bij oudere monobloks – die nog met de hand werden afgewerkt – had je altijd een risico op osmose. Dat was het verschijnen van bubbeltjes, ja zelfs barsten wanneer water was doorgedrongen tot het polyesterlaminaat. Het ontsierde het hele bad en was zeer moeilijk weg te krijgen. Dat komst van robots – die niet weten of het maandag dan wel vrijdag is – heeft het productieproces inmiddels op scherp gesteld zodat bij nieuwe monobloks het risico op osmose onbestaande is.
Ook bij andere monobloks is het dat en wel omdat de wanden en de bodem eenvoudigweg bestaan uit panelen van 1 cm dik polypropyleen. Deze monobloks kunnen bovendien op maat gemaakt worden. Daar waar andere fabrikanten een – weliswaar dikwijls zeer uitgebreid – vast aantal modellen hebben, worden deze monobloks speciaal voor de klant ontworpen. Besluiten we ook deze categorie nog met de vermelding dat ook overloopmonobloks de jongste jaren gemeengoed zijn geworden.
RVS-baden
Roestvrijstalen baden zijn omwille van hun hogere prijs niet alledaags, maar zijn zonder uitzondering een streling voor het oog. Wie erin investeert, beschikt bovendien over een blijvende meerwaarde voor de woning. RVS-baden zijn zo goed als onverwoestbaar. Een goed producent van RVS-baden gebruikt ‘rvs 316L’ omdat deze erg corrosievast is tegenover chloor. Deze baden worden op de werf als een puzzel in elkaar gestoken en aan elkaar gelast. Het is daar dat weleens een ongelukje kan gebeuren: lasnaden zijn immers gevoeliger voor roest. Vraag daarom zeker enkele referenties bij dit soort baden: een vakman zal je die graag geven. Er bestaan ook baden die helemaal zijn afgewerkt met dun laagje inox. De Belgische fabrikant LPW zet deze in de markt. Deze baden bestaan weliswaar niet volledig uit RVS, maar het spiegeleffect is nagenoeg hetzelfde.
Bouwkundige baden
In België zijn bouwkundige baden waarschijnlijk de meest voorkomende en dat heeft zowel te maken met de prijs als met de afwerkingsmogelijkheden. Het aantal vormen en formaten is bovendien ongelimiteerd. Indien je een zwembad volledig laat zetten door een aannemer die de regels van het vak beheerst, is 25.000 euro, BTWinclusief toch wel de minimale instapprijs. Daarvoor heb je een gemetst skimmerbad van 8 m bij 4 m, een standaard technische installatie, twee lichtpunten in de wanden, een trapje en een zomerzeil. Het chloor- en pH-gehalte regel je zelf en het water wordt in het beste geval verwarmd met rubberen matten die op een dak liggen. De boordsteen is van Chinees graniet. Is je budget wat groter dan wordt er vaak het eerst geïnvesteerd in automatische chloor- en pH-regeling en een rolluik of overkapping. De wanden zijn ook in de prijsklasse tot 50.000 euro meestal nog bekleed met een folie of ‘liner’. De verwarming van het water gebeurt nu al met een warmtepomp of een warmtewisselaar. Met nog eens 25.000 euro meer mag je rekenen op een in beton gegoten overloopbad en bestaat de bekleding waarschijnlijk uit natuursteen, mozaïek, polyester of keramische tegels. Maar op luxe en kwaliteit staat geen limiet: baden van 75.000 en (veel) meer zijn bij de Belgische beau monde geen uitzondering. Dit soort baden heeft niet óf mozaïekbekleding óf een overloopfunctie. Het is steevast én én. Tot een beweegbare bodem toe. In deze markt is geld vaak van ondergeschikt belang en zowel de bouwheer als de zwembadbouwer kunnen hier hun fantasie werkelijkheid laten worden. Laat je als leek niet afschrikken door bedragen. Voor veel mensen is een zwembad een werk van enkele jaren: eerst de kuip en de filterinstallatie, later het rolluik en de automatisering en nog wat later verwarming of een meer luxueuze bekleding. Het kan allemaal. Onder de categorie bouwkundige baden vallen ook deze uit zichtbeton. Ze worden gegoten in een bekisting en het resultaat ziet er overwegend zeer strak uit. Vrijwel zonder uitzondering ademenen deze baden een industriële sfeer uit en zie je ze bij hypermoderne woningen.
Skimmer of overloop
Eenvoudige baden hebben vaak skimmers. Het zijn de ‘gaten’ waarin het water ‘uit’ het zwembad loopt naar de filterinstallatie. Meestal zijn ze met de wind mee geplaatst omdat vuil zoals insecten en bladeren dan mee in de skimmermond worden geblazen. Deze skimmers krijgen evenwel geen prijs voor esthetiek en daarom beslissen velen een overloopbad te plaatsen. Daarmee kijk je niet tegen de rand van je zwembad op en het klaterende water dat in de goten stroomt geeft de zwemmers een beetje extra rust. Overloopbaden maken gebruik van een buffertank: als het bad niet in de overloopstand staat, bv. als het rolluik dicht is, dan gaat het overtollige water naar die tank totdat het het bad weer moet doen overlopen.
Hybride zwembaden
Is het een vogel, is het een vliegtuig? Neen dat is het niet! Hybride baden komen van de tekentafel van Maître D’eau en ze zijn noch zwembad, noch zwemvijver. Of juist allebei. Bij een hybride bad kan je door het verhogen of het verlagen van de waterstand – enkele centimeters volstaan – een zwembad omtoveren tot een zwemvijver of omgekeerd. Staat het water hoog dan doen de planten in de moeraszone hun zuiverende werk. Staat het water lager dan de moeraszone dan heb je een chloorvrij zwembad. Overbodig eraan toe te voegen dat er twee gescheiden filtercircuits nodig zijn.
Binnenbaden
Besluiten we, tot slot, met de binnenbaden. Het is een klasse apart en daarom is het het makkelijkst dat je je architect al van bij het ontwerp van de plannen van je woning vraagt rekening te houden met een binnenbad. Achteraf eentje bouwen is altijd mogelijk, maar de kosten zullen wel groter zijn. Binnenbaden hebben het voordeel dat je het hele jaar door kan zwemmen, maar het nadeel dat ze duur zijn. Reken gerust het dubbele van de prijs van een gelijkaardig buitenbad. Dat komt onder meer omdat de ruimte goed ontvochtigd moet worden. Als je de vochtige lucht zijn gang zou laten gaan dan wordt aangenaam zwemmen onmogelijk. En onhygiënisch. Een goed producent van ontvochtigingsinstallaties, bv. CDH Industries, kan jou en de zwembadbouwer perfect berekenen aan welke voorwaarden de ontvochtiging moet voldoen om ervoor te zorgen dat je je helemaal thuisvoelt in je knusse binnenruimte.