Sauna’s & hout: een ijzersterke combo

Hout is het meest voor de hand liggende materiaal voor het interieur van een sauna. Door zijn karakteristieke eigenschappen neemt hout de warmte geleidelijk op en straalt het die ook gelijkmatig uit. Hout is een uitstekende warmtegeleider waardoor mensen zich niet kunnen verbranden. Bovendien neemt hout de luchtvochtigheid die door het opgieten ontstaat, bijzonder goed op. Toch zijn er grote verschillen tussen de houtsoorten onderling en ook tussen de materialen voor de binnen- en buitenkant van je sauna. We nemen even een duik in het aanbod.

Tekst: ZwembadenPro  //  Foto's: Alpha Wellness Sensations


 

TERUGKERENDE KENMERKEN
De houtsoorten die in aanmerking komen voor de afwerking van een saunacabine hebben allemaal vergelijkbare eigenschappen. Ze zijn overwegend zacht en bevatten zo min mogelijk hars. Ze hebben geen al te grote knoesten, zijn duurzaam en goed vochtbestendig. En om het krimpen of uitzetten tegen te gaan, worden ze gedroogd en behandeld.

Ook de groeiwijze van de bomen speelt een rol. Hout dat traag groeit – bijvoorbeeld door grote temperatuurverschillen zoals in het noorden – heeft een hoge vezeldichtheid en een vaste structuur. Omdat het prima bestand is tegen extreme weersomstandigheden, weerstaat het moeiteloos de temperatuurwisselingen in de sauna. Het is daarom dat de traditionele Finse Sauna, vervaardigd uit Finse bomen zo duurzaam is.


HOUT VOOR ZIT- EN LIGPLEKJES
Fabrikanten maken voor de binnenkant van de sauna een onderscheid tussen het constructiehout (voor wanden, plafond, deuren …) en de ligbanken. Een populaire en uitstekende keuze voor de banken is abachi: een splintervrije Afrikaanse houtsoort met een lage warmtegeleiding zodat zit- en ligplekjes niet te heet worden. Dat het geen zweetgeuren absorbeert, is mooi meegenomen. Abachi is van nature heel licht. Sommige fabrikanten behandelen het met een speciale was in een kleur naar keuze. Ook rood elzenhout of espenhout doet prima dienst voor banken, rug- en hoofdsteunen.

Tip: Check vóór je een sauna koopt altijd of het materiaal van de ligbanken een zachte houtsoort is die geen hars afscheidt, niet splintert en de warmte gelijkmatig geleidt.  


HOUT VOOR HET INTERIEUR
Voor de constructie van wanden, plafonds en deuren is de keuze veel groter. Een greep uit de courante soorten:

• Hemlock (white cedar): naaldhout van de westkust van de Verenigde Staten en Canada, ideaal voor de buiten- en binnenafwerking. Het is sterk, stabiel en gemakkelijk te bewerken. Er komt geen hars uit, het splintert niet en ruikt lekker. Het is fijn van structuur, vrij van noesten en met een fraaie tekening.

• Red cedar: zachte houtsoort die voornamelijk in de Canadese provincie British Columbia groeit. Het duurzame hout zwelt of krimpt nauwelijks bij wisselende temperaturen en heeft een antibacteriële werking. Het materiaal is geschikt voor de binnen- en buitenafwerking. Kenmerkend zijn de volle houtgeur en de bruine tot rode nuances, die sommige mensen een tikje claustrofobisch vinden in een kleine ruimte.
 
• Espen: lichtkleurige houtsoort afkomstig van de populier. Voor zijn eerder lage gewicht is dit een taaie soort. Espen heeft een fijne structuur, is nagenoeg vrij van noesten en heeft een gering harsgehalte. Fabrikanten hanteren soms ook thermo-espen: door het hout in een droogkamer onder stoom te behandelen, is het beter bestand tegen vocht en zweet.

• Scandinavisch vurenhout: afkomstig van de Scandinavische spar en veelal toegepast in traditionele Finse sauna’s. Door de langzame groei in een koud klimaat is het hout goed bestand tegen extreme temperaturen. Het is gemakkelijk te bewerken en in veel diktes en uitvoeringen leverbaar.

• Nordische Fichte (Noors vuren): langzaam volgroeide Scandinavische naaldhoutsoort met een levendige structuur en veel ingegroeide vaste noesten. Het hout heeft een beperkt harsgehalte en de fijne poriën zorgen voor een weldadig warm klimaat.

• Barnwood: planken van verschillende houtsoorten, gerecupereerd van oude schuren en gebouwen. Door hun natuurlijke vergrijzing en verweerde look, geven ze de sauna extra karakter. Saunabouwers gebruiken deze planken vooral voor wanden en plafonds.


NIEUWIGHEDEN INTERIEUR
Ook sauna’s zijn onderhevig aan trends, dus duiken er regelmatig noviteiten op voor de binnenafwerking. Denk aan fineerplaten zonder formaldehyde of multifunctioneel en hoogwaardig laminaat. Je kan ook verschillende houtsoorten op harmonieuze of net contrasterende wijze combineren en spelen met afwisselende breedtes, kleuren en vernissen. Ook steenfineer eist zijn plekje op in de sauna, meestal in combinatie met hout. Deze echte natuursteen in fineervorm is ultralicht en buigbaar en ook vormvast en waterdicht.

Kortom, de mogelijkheden zijn quasi eindeloos zodat je gegarandeerd een afwerking vindt die jou op het lijf is geschreven. Vind je toch je gading niet in het standaardaanbod? Dan klop je gewoon aan bij een wellness-specialist of -fabrikant die maatwerk levert.


HOUT VOOR HET EXTERIEUR
Voor de buitenbekleding van de sauna zijn de mogelijkheden nog groter. Naast de houtsoorten die we hierboven hebben vermeld, zijn volgende soorten populair voor de buitenkant:

• Wengé: duurzame en stabiele Afrikaanse houtsoort met een chocoladekleur. De rechte draad, grove nerf en mooie vlammentekening ogen chic, warm en uitnodigend.

• Kelo: naaldboomhout uit het noorden van Noorwegen, Zweden, Finland en Rusland. Deze houtsoort heeft een zachte buitenkant en een harde kern. In het Fins betekent kelo dood dennenhout.

• Kersenhout: een Europese boomsoort die gemakkelijk te bewerken is. De matig duurzame houtsoort is roosbruin met groenachtige aders. Ideaal voor schrijnwerk mits een verduurzamingsbehandeling.

• Eik: de meest toegepaste loofhoutsoort van bij ons, met een lichtbruine tot roos- of goudbruine tint. Eik laat zich goed lakken, beitsen of lijmen, maar heeft de neiging om te splitsen: voorboren voor schroeven of spijkeren is essentieel.

• Esdoorn: vooral afkomstig uit Noord-Amerika. De kleur gaat van crème tot oker, met een mooie glans, fijne strepen en lichte vlammen. Bijzonder geliefd voor binnenschrijnwerk.

• Douglas: naaldhoutsoort uit het noordwesten van Europa. Heeft van nature een hoge duurzaamheid en sterkte en is een milieuvriendelijk alternatief voor geïmpregneerd vurenhout.

• Noorse Den: komt uit Scandinavië, Finland en Rusland. Door de lange winters heeft het hout een hoge dichtheid. Het laat zich gemakkelijk bewerken en lijmen. Vaak gebruikt men Noorse den in een geïmpregneerde versie.

• Zebrano: afkomstig uit tropisch West-Afrika. Dankt zijn naam aan de zwart-witte strepen en opvallende vlamtekening. Het is goed te bewerken, maar er ontstaan gemakkelijk droogscheurtjes.

 

LEES MEER TIPS IN ZwembadenPlus magazine